Jan De Nul gaat voor 100% duurzaamheid door het gebruik van biobrandstof voor haar onderhoudsbaggerwerken in Noord-Duitsland
Jan De Nul Nassbaggerei und Wasserbau GmbH heeft in het kader van een Europese gunningsprocedure een belangrijke opdracht voor onderhoudsbaggerwerken in de haven van Hamburg toegewezen gekregen. Twee hopperzuigers, de Kaishuu en de Alexander von Humboldt, zullen deze baggerwerken tussen juni en december 2021uitvoeren en zo de toegankelijkheid van talrijke belangrijke terminals in de haven van Hamburg verzekeren.
Dankzij het gebruik van biobrandstof tijdens deze baggerwerken wordt ook de uitstoot van fijnstofdeeltjes en zwavelverbindingen aanzienlijk verminderd, aangezien de verbranding veel efficiënter verloopt dan met conventionele dieselbrandstof.
"We hebben deze duurzame biobrandstof al gebruikt voor verschillende van onze schepen in de Benelux en het Verenigd Koninkrijk", legt Michel Deruyck, hoofd van de Energiecel uit. "Decarbonisatie staat bovenaan de agenda van Jan De Nul en wordt door het hele bedrijf ondersteund, zowel commercieel, operationeel als technisch. We willen altijd meer doen dan wat de normen ons voorschrijven. We gaan voor nul uitstoot.”
Een belangrijke bijdrage aan klimaatbescherming
Om de toegankelijkheid van de haven van Hamburg en zijn terminals te waarborgen, moet er gebaggerd worden. Dit is de enige manier om goederen tot ver in het achterland te kunnen vervoeren met zeeschepen, die bijzonder milieuvriendelijk zijn in vergelijking met andere transportmiddelen. Vele honderden kilometers die niet per vrachtwagen of trein hoeven te worden afgelegd, leveren een belangrijke bijdrage aan de bescherming van het klimaat.
Wereldwijd behoren onderhoudsbaggerwerken tot de belangrijkste agendapunten van grote zeehavens. Het feit dat deze belangrijke taak nu op een duurzamere manier kan worden uitgevoerd, is een mijlpaal aangezien met de genomen maatregelen dit jaar alleen al ongeveer 45.000 ton CO2 bespaard wordt.
Er bestaat nog geen contractuele verplichting om klimaatneutrale brandstoffen te gebruiken omdat deze momenteel niet beschikbaar zijn in Noord-Duitse zeehavens. De schepen varen daarom regelmatig naar Eemshaven in Nederland om deze brandstof op te halen.