CAT-site in Vilvoorde, België
Van vervuiling naar heropleving
Tot 1997 was de Renault fabriek de grootste in Vilvoorde. Daarvoor werd de site gebruikt als stortplaats. Op het terrein zijn bijgevolg twee vervuilde zones vastgesteld: een eerste gelinkt aan het huishoudelijk afvalstort en een tweede van onbekende oorsprong. Stoffen zoals zware metalen, minerale olie, VOCL en BTEX – verzamelnaam voor vluchtige organische chloorkoolwaterstoffen, benzeen, tolueen, ethylbenzeen en xyleen – werden in de bodem teruggevonden. In opdracht van OVAM en in samenwerking met de private projectontwikkelaar MG Real Estate pakt Jan De Nul de vervuiling aan. Daarna zal de site herbestemd worden voor logistieke en industriële activiteiten en residentiële ruimte.
Vlaams Minister van Omgeving Zuhal Demir:
De sluiting van de fabriek in 1997 en het bijhorende collectief ontslag was een sociaal drama voor de lokale gemeenschap. Vandaag, 23 jaar later, geven we de Renaultsite en de lokale gemeenschap opnieuw perspectief op economische activiteiten op de site, woonmogelijkheden en op natuur, wat in deze stedelijke omgeving zeker geen overbodige luxe is.
CAT-site in cijfers
Wist je dat?
Door de sanering on site uit te voeren, besparen we zo’n 5.400 vrachtwagentransporten, minimaliseren we onze impact op de mobiliteit en verminderen we onze CO2-uitstoot met 1.195 ton.
CAT-site in detail
De verontreinigde grond wordt ontgraven tot op een diepte van vier meter. 80% van deze grond wordt ter plaatse gereinigd en 95% wordt hergebruikt. We filteren eerst het afval eruit, waarna we de resterende grond in afgedekte bio-piles behandelen door middel van de werking van micro-organismen. Die breken de schadelijke organische verbindingen af in onschadelijke componenten. De warme lucht die vrijkomt door de biologische werking van de bio-piles gaat dan door een luchtzuiveringssysteem. De opgevangen warmte keert terug naar de bio piles om de temperatuur op een optimaal niveau te houden. Zo saneerden we in Vilvoorde meer dan 207.000 ton vervuilde grond, waarbij 95 % opnieuw gebruikt kon worden om het terrein terug aan te vullen. Door de volledige sanering on site uit te voeren, minimaliseerden we onder andere emissies en overbodig transport.
