Wereldprimeur: we bouwen het eerste artificiële energie-eiland
Het eiland verbindt hoogspanningsnetwerken en windmolenparken
Het eerste artificiële energie-eiland ter wereld heeft een plaats gekregen in de Prinses Elisabethzone, de tweede Belgische windzone in de Noordzee. Deze windzone heeft, zodra alle windmolenparken in dienst zijn, een capaciteit van 3,5 GW. Via onderzeese kabels wordt de groene elektriciteit verzameld op het eiland, waar transformatoren de energie omvormen, zodat deze verder naar het hoogspanningsnet op het vasteland kan stromen.
De verbindingen met het Verenigd Koninkrijk (Nautilus-link) en Denemarken (Triton-link) zorgen ervoor dat niet-gebruikte energie vlot kan doorstromen en het hoogspannings net zo niet overbelast raakt. Zo maakt het eiland deel uit van de Europese klimaat- en energiedoelstellingen om tegen 2030 een capaciteit van meer dan 100 GW offshore energie te realiseren en om het delen van energie tussen landen te faciliteren.
Jan De Nul Group bouwt mee aan het eiland
Voor de bouw van het eiland gaan offshore-, bagger- en bouwwerken hand in hand. Onze baggerschepen effenen de zeebodem en rotsinstallatieschepen zorgen voor een stabiele rotsbodem waarop de betonnen elementen of caissons zullen terechtkomen. Tegelijkertijd gaan onze collega’s van de bouwafdeling aan de slag om de caissons op land te prefabriceren.
Maar liefst 23 betonnen caissons, met een hoogte van 27 meter, zullen de buitenring van het eiland vormen dat een oppervlakte van zo’n 6 hectare boven water heeft. Stormmuren van 10 meter hoog boven op de caissons beschermen de infrastructuur tegen de zwaarst mogelijke omstandigheden op de Noordzee. De caissons bouwen we in de haven van Vlissingen in vijf fasen: grondplaat, muren, aansluitingen voor kabels, dakplaat en tenslotte stormmuren. Daarna zinken we de caissons af om ze dan drijvend via de Westerschelde naar hun plekje in de Noordzee te brengen.Tegen de zomer van 2026 zal het eiland klaar zijn voor de installatie van de elektrische infrastructuur.
Nicolas Beck van Elia is trots op het nature-inspired design
“Als verantwoordelijke voor het overleg met de Federale Overheid en andere instanties en het verkrijgen van de vergunningen voor het eiland, ben ik nauw betrokken bij het project. Het is een absolute vernieuwing, want we bouwen aan iets dat niemand ons heeft voorgedaan. Ik ben trots om deel te mogen uitmaken van deze groep, die niet alleen voor een enorme uitdaging staat op technisch vlak, maar ook iets realiseert dat in het belang is van onze maatschappij.
Vanaf het begin al hadden we het doel om met het project ook een positieve invloed op de lokale biodiversiteit te hebben. Hiervoor zat Elia samen met wetenschappers uit verschillende expertises en instituten. Zij reikten verschillende mogelijkheden aan die we kunnen incorporeren.
Vanuit de hoek van TM Edison gaven de experts vervolgens hun feedback op wat technisch haalbaar is op deze schaal en in de complexe omgeving van de Noordzee. Zo hebben we voor vijf haalbare oplossingen gekozen die de grootste positieve impact hebben.
Het samenkomen van beide expertises zorgde voor een grote stap in onze leerprocessen en we willen de resultaten meenemen naar volgende projecten. Met het Prinses Elisabetheiland willen we een voorbeeld zijn, zowel in het verhaal van de energietransitie als bij de doelstellingen voor natuurherstel.”
Vijf maatregelen
- Stormmuur met richels voor de drieteenmeeuw
- Reliëfpanelen aan de caissonwanden voor klein zeeleven
- Diverse en complexe schuilbescherming
- Zwerfstenen voor bijkomende complexiteit
- Grindbedden